We lezen en horen vaak dat omvormers uitvallen of zonnepanelen op daken niet meer aangesloten kunnen worden door de komst van een nieuw zonnepark. Dit is echter onjuist. De aansluiting van een zonnepark concurreert niet met de aansluiting van zonnepanelen op daken. Zonnepanelen op daken bij particulieren zijn aangesloten op het laagspanningsniveau. Grootschalige zonnedaken en zonneparken worden aangesloten op het midden- of hoogspanningsniveau. Deze niveaus staan los van elkaar. Daarnaast hebben aanvragen voor het verzwaren van bestaande aansluitingen van particulieren altijd voorrang op nieuwe aansluitingen (zoals voor een zonnepark). Indien particulieren of bedrijven noodgedwongen afgeschakeld worden door de netbeheerder, dan worden ze daarvoor gecompenseerd.
Het gebeurt nog wel eens dat het uitvallen van omvormers direct wordt gelinkt aan de toename van het aantal zonne- en windparken de afgelopen jaren. Dit is onjuist. Momenteel gebruiken van de 2,6 miljoen zonnepaneelbezitters in Nederland gemiddeld slechts 30 tot 40 procent van de opgewekte stroom zelf. Vanwege de salderingsregeling wordt het overige deel teruggeleverd via het elektriciteitsnet dat daardoor op piekmomenten overbelast raakt. Dit betekent dat veel particulieren stroom terugleveren tijdens de middaguren, maar er is op deze momenten weinig vraag naar de stroom. Vervolgens leidt dit tot het uitvallen van omvormers. Helaas doet dit fenomeen zich steeds vaker voor. De bedoeling is dat men slimmer omgaat met zijn of haar opgewekte stroom, zoals wij bijvoorbeeld doen met onze zonneparken door het toepassen van curtailment.
Particulieren maken gebruik van salderen. Zonneparken maken gebruik van de SDE++ subsidie. Dit zijn twee verschillende subsidiesystemen. De SDE++ is voor de banken belangrijk en zodoende kunnen wij onze zonneparken financieren. De subsidie dient dus meer als garantie. Sinds 2022 hoefde er nauwelijks subsidie uitgekeerd te worden door RVO vanwege de hogere elektriciteitsprijzen.
Volgens de SDE++ mogen zonne-energieprojecten boven 1 MW sinds 2022 maximaal 50 procent terugleveren van het piekvermogen van de zonnepanelen. Zodoende kunnen er ook meer hernieuwbare projecten worden aangesloten. Aangezien wij tijdens de piekmomenten niet of nauwelijks terugleveren, kunnen wij deze stroom opslaan in batterijsystemen om in de avonduren terug te leveren (wanneer er vaak een tekort is aan duurzame stroom).