Zonne-energie op landbouwgrond. Het huidige debat kent vaak ongenuanceerde berichtgeving. Maar de discussie rond zonnepanelen op landbouwgrond verdient feiten. Zonneparken zijn namelijk van groot belang in de energietransitie. Ook TPSolar pleit voor éérst zon-op-dak, maar met alleen deze technologie worden de energie- en klimaatdoelen niet op tijd gehaald.
Zonneparken nemen weinig landbouwgrond in
Het Kadaster heeft een onderzoeksrapport uitgebracht over zonneparken in Nederland en welke grond daarvoor wordt ingezet. Het gaat hierbij om zonneparken die eind 2022 gerealiseerd of in aanbouw waren. In totaal zijn er tot deze periode in Nederland 3.621 hectare aan zonneparken. Waarvan bijna de helft van deze zonneparken in of bij de bebouwde kom ligt, en 44 procent langs auto- of spoorwegen.
We hebben in Nederland ruim 1,8 miljoen hectare aan landbouwgrond. Slechts 0,12 procent van deze landbouwgrond wordt voor zonneparken gebruikt. Vijf keer deze ruimte levert voldoende zonnestroom op om (gemiddeld) 5,6 miljoen Nederlandse huishoudens te voorzien van duurzame energie. Een kleine impact op landbouwgrond, maar een grote impact op de energietransitie.
Een uitkomst voor agrariërs
Stikstof, ammoniak, CO2, biodiversiteit, opvolging – problemen te over in de agrarische sector. Steeds meer agrariërs vrezen voor het voortbestaan van hun bedrijf. Daarnaast worden de voedselboer en de energieboer vaak lijnrecht tegenover elkaar gezet. Niets is minder waar. Het een hoeft het ander niet uit te sluiten.
Een zonnepark kan juist een mooie uitkomst voor problemen in de agrarische sector zijn. Wij hebben talloze voorbeelden van grondeigenaren waarmee wij samenwerken die blij zijn met een zonnepark als aanvulling op hun agrarische bedrijf. Het zorgt voor zekerheid, rust en een vast inkomen met garanties van tientallen jaren. Zo kweken onze grondeigenaren van zonnepark Zeewolde naast peren, nu ook groene stroom. Het hele verhaal van Roy en Angenita lees je hier.
Ook melkveehouder Jos de Bie beaamt de positieve kant van een zonnepark in combinatie met zijn bedrijf: “We houden genoeg land over voor al onze koeien en zijn verzekerd van vaste inkomsten.” Om een toekomst op te bouwen voor het bedrijf en zijn kinderen, geeft het zonnepark een continue stroom van inkomsten. Het hele verhaal van Jos lees je hier.
Koppelkansen van zonneparken
Zonneparken kunnen goed gecombineerd worden met andere maatschappelijke functies, zoals participatievormen of multifunctioneel ruimtegebruik. Participatie in de vorm van lokale werkgelegenheid, omgevings- of duurzaamheidsfonds, het streven naar 50% lokaal eigendom, of een kans voor agrariërs m.b.t. stikstof of opvolging. Bij multifunctioneel ruimtegebruik wordt er in eerste instantie vaak gedacht aan zonnepanelen op daken, drijvend op water, boven fruit of een carport. Er is veel meer te combineren met zonneparken, zoals waterberging, oxiderende veengrond, batterijopslag, waterstof, kleinvee en natuurstimulans. TPSolar heeft binnen de Alliantie Zon met andere ontwikkelaars een brochure gemaakt over de verschillende vormen van multifunctioneel ruimtegebruik. In deze brochure staan voorbeelden van de koppelkansen van zonneparken in Nederland.
Tijdelijkheid van zonneparken
Een zonnepark is tijdelijk. Om een zonnepark te bouwen is een vergunning nodig. De vergunningsperiode wordt bepaald door de gemeente en de provincie. Een zonnepark krijgt op dit moment meestal voor 25 of 30 jaar een vergunning. Na deze 25/30 jaar is TPSolar verplicht om het zonnepark op te ruimen en de grond in de oorspronkelijk staat terug te geven aan de grondeigenaar. Dit spreken we zo af met de desbetreffende gemeente én grondeigenaar; dit wordt geborgd in overeenkomsten.
Zonne-energie op landbouwgrond is een bewezen oplossing voor de toenemende energiebehoefte. Uiteindelijk zullen alle daken in Nederland ook voorzien worden van zonnepanelen. Dit duurt alleen nog te lang. Tijd die we niet hebben. Om de klimaat- en energiedoelen te halen, zijn tijdelijke zonneparken op landbouwgrond nodig.
Nederland nog niet op koers voor aangescherpte energiedoelen
Op donderdag 26 oktober 2023 publiceerde het Planbureau voor Leefomgeving (PBL) hun jaarlijkse rapport Klimaat- en Energieverkenning (KEV). PBL concludeert dat Nederland nog niet op koers ligt om alle aangescherpte energiedoelen voor 2030 te halen. Hernieuwbare energie is al goed op weg, maar we zijn er nog niet. Daarnaast waarschuwt Raad van State in de klimaatbeschouwing 2023 dat het kabinet ‘de stap van papier naar praktijk’ nog onvoldoende inzet.
Richting 2050 gaat ons energieverbruik veranderen. Wegtransport wordt geëlektrificeerd, woningen geïsoleerd, hergebruik van grondstoffen, warmtenetten, gebruik van internet en Artificial Intelligence (AI) en een toename van de bevolking. Energie-efficiëntie zal ook toenemen, maar er wordt een flinke verhoging van het energieverbruik verwacht. PBL en TNO noemen een energieverbruik van 3.500 petajoule (PJ) realistisch voor Nederland in 2050. Als we willen dat in 2050 al deze energie duurzaam opgewekt wordt, zijn grootschalige energieprojecten nodig. Alle soorten projecten, wind op zee, wind op land, zon op dak, zon op land en misschien ook wel kerncentrales.
Zonne-energie is een bewezen succes en het fundament van de energietransitie. We hebben in Nederland een systeem opgebouwd waar de stap van papier naar praktijk slaagt. Systemen zoals zonne-energie op landbouwgrond. Zonneparken zijn nodig om de Nederlandse klimaatdoelstelling op tijd (2030 en 2050) te halen én om in de toekomst verzekerd te zijn van duurzame energie.