Logo

De ‘voorkeursvolgorde zon’ brengt de Nederlandse klimaatdoelen in gevaar

27 oktober 2023

Op 26 oktober 2023 hebben minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening Hugo de Jonge en minister voor Klimaat en Energie Rob Jetten een brief gepubliceerd over hoe de voorkeursvolgorde voor zonne-energie verder ingevuld wordt. De ministers beperken de mogelijkheden voor het ontwikkelen van zonneparken op landbouwgrond. Dit is zeer schadelijk voor de zonne-energiesector, natuurontwikkeling, voor boeren en bedrijven die willen verduurzamen, en voor de Nederlandse klimaatdoelstellingen.

Op dezelfde dag publiceerde het PBL hun jaarlijkse rapport Klimaat- en Energieverkenning (KEV). PBL concludeert dat Nederland nog niet op koers ligt om alle aangescherpte energiedoelen voor 2030 te halen. Daarnaast waarschuwt Raad van State in de klimaatbeschouwing dat het kabinet “de stap van papier naar praktijk” nog onvoldoende zet.

Zonne-energie is een bewezen succes en het fundament van de energietransitie. We hebben in Nederland een systeem opgebouwd waar de stap van papier naar praktijk slaagt. Met de nieuwe maatregelen van het kabinet brengt zij de praktijk terug naar papier. We zetten een stap terug. Zonneparken zijn nodig om de Nederlandse klimaatdoelstellingen (in 2030 en 2050) te halen. De beperking in de voorkeursvolgorde zon is hierom extra schadelijk.

Zonne-energie op landbouwgrond in perspectief

Het is belangrijk om naar de feiten te blijven kijken als we het hebben over zonnepanelen op landbouwgrond. Het landoppervlakte in Nederland exclusief binnen- en buitenwateren bestaat voor 66% uit landbouwgrond (bron: CBS). Daarvan wordt momenteel slechts 0,12% gebruikt voor zonne-energie (bron: Kadaster). Wanneer dit wordt opgetrokken naar ongeveer 1%, kunnen we nog eens 25 gigawatt aan schone elektriciteit opwekken. Dit is nodig om de hernieuwbare opwekdoelstellingen te halen.

Normering voorkeursvolgorde zon, maar geen stimulering

De brief richt zich op het belang van multifunctioneel ruimtegebruik in de energietransitie. De welbekende zonneladder wordt daarom volgtijdelijk gemaakt, waardoor de laatste trede pas aangeraakt mag worden als treden 1 tot 3 volledig benut zijn. De treden zijn als volgt: eerst zon op daken en gevels (trede 1), daarna zon op gronden binnen en buiten bestaand bebouwd gebied (treden 2 en 3) en als hekkensluiter de uitzonderingsgronden voor zon op landbouwgrond en natuurgronden (trede 4). De zonne-energiesector heeft natuurgronden al sinds 2019 uitgesloten voor de ontwikkeling van zonneparken in de gedragscode zon-op-land.

We weten dat trede 1 tot 3 ontoereikend zullen zijn, en toch moeten we wachten tot we bij trede 4 uitkomen. Het kabinet formuleert een aantal nu nog niet haalbare alternatieven, maar stimuleert deze niet.

Zon op land is een kans voor maatschappelijke uitdagingen

☀️ Kans voor nieuwe natuur en stimulering van de biodiversiteit

Zonneparken kunnen een grote bijdrage leveren aan biodiversiteits- en natuurherstel. Met het EcoCertified kwaliteitslabel worden onafhankelijke richtlijnen opgesteld voor het ontwerp en beheer van zonneparken ten gunste van een meerwaarde voor biodiversiteit en behoud van de bodemkwaliteit.

In Nederland is sinds 1900 de biodiversiteit van ruim 40% gedaald naar 10%. Het is dan ook onbegrijpelijk dat de kansen die zonneparken bieden voor verbetering hiervan, niet benut worden in de voorkeursvolgorde zon.

☀️ Kans voor de agrarische sector

Zonne-energie en landbouwgronden worden vaak recht tegenover elkaar gezet. Dit is onterecht. Juist in een tijd waar agrariërs voor grote uitdagingen staan zoals bodemdaling, verdroging, verzilting en stikstof kan een zonnepark zekerheid bieden. Inkomsten van agrariërs worden gediversifieerd en hebben ze een stabiele en voorspelbare inkomstenstroom tijdens de tijdelijke komst van een zonnepark.

De ministers wijzen naar agri-PV als uitzondering voor zon-op-land. Agri-PV behaalt nog niet de optimale resultaten, is nog niet op grote schaal financierbaar of überhaupt geschikt voor het gewas. Het kan niet zo zijn dat agri-PV als enige optie gezien wordt als aanvulling op of verduurzaming van de bedrijfsvoering voor agrariërs. Ook verduidelijken de ministers niet wat onder agri-PV valt. Wanneer is er sprake van een substantiële agrarische functie?

☀️ Kans voor groeiende bedrijven in gebieden met netcongestie

De Kamerbrief maakt ook duidelijk dat zonneparken op landbouwgronden die helpen het elektriciteitsnet te ontlasten ook als uitzonderingsgrond gelden. De sector doet dit al: aansluitingen worden al zorgvuldig gepland met netbeheerders, parken hebben slimme omvormers, energieopslag wordt steeds meer uitgerold en congestiemanagement wordt al toegepast.

Bedrijven moeten verduurzamen. In industriële gebieden of bij bedrijventerreinen kan dat uitstekend met een zonnepark op land in de buurt. Zonneparken kunnen gebruikt worden om lokale vraag en aanbod direct aan elkaar te koppelen. Zo wordt voorkomen dat grootverbruikers van elektriciteit lang moeten wachten op netuitbreidingen die de grote hoeveelheden groene stroom uit andere delen van het land brengt.

Onze oproep

De afgesproken normering beperkt de sector enorm, frustreert boeren die willen verduurzamen en de industrie die zich zorgen maakt of er wel voldoende hernieuwbare elektriciteit zal zijn voor alle verduurzamingsplannen. Klimaatverandering is een crisis waar we nu wat aan moeten doen. Iets wat we eigenlijk gisteren hadden moeten aanpakken. We moeten gezamenlijk aan de slag met de opties die er nu liggen, zoals zon op landbouwgrond. En dat gaat niet met de kamerbrief die nu op tafel ligt.